K/6 Verbranden en verwarmen
In exameneenheid K/6 Verbranden en verwarmen staat omschreven welke onderdelen je op het centraal examen NaSk1 kunt verwachten. Het gaat hierbij om warmtebronnen en meetinstrumenten, warmtetransport, temperatuur en temperatuurschalen, isolatie, energie en energieomzettingen en de effecten van energiegebruik op milieu en gezondheid. Alle onderstaande punten kunnen in een examenvraag terugkomen.
K/6/1 Warmtebronnen en meten
Er zijn veel warmtebronnen in het dagelijks leven.
- Kachel of centrale verwarming (CV): verwarmt water door chemische energie om te zetten in warmte. Door middel van een CV-installatie wordt het warme water geleid naar een radiator die deze warmte afgeeft om een ruimte te verwarmen.
- Fornuis: Zet chemische energie om in warmte voor het bereiden van voedsel.
- Vloerverwarming: zorgt voor gelijkmatige verspreiding van warmte via de vloer.
- Gasbrander: verwarmt door het verbranden van aardgas.
- Elektrische kookplaat: verwarmt voedsel door elektrische energie om te zetten in warmte
- Elektrische dompelaar: verwarmt water direct door elektrische energie om te zetten in warmte.
Temperatuur meten kan met:
- Thermometers (vloeistof- of digitale thermometers).
- Temperatuursensoren, ingebouwd in ovens, koelkasten en meetapparatuur.
K/6/2 Warmtetransport
Warmte kan op drie manieren worden overgedragen.
Geleiding
Bij geleiding gaat warmte door vaste stoffen. Metaal geleidt goed, kunststof slecht. Een lepel van metaal in hete soep wordt snel warm, een kunststof handvat blijft koel.
Stroming
Bij stroming verplaatst lucht of vloeistof zich. Warme lucht stijgt, koude lucht daalt. In een kamer verspreidt de warmte van een radiator zich zo door de lucht.
Straling
Warmte kan ook worden overgedragen zonder tussenstof. De zon verwarmt de aarde via straling. Ook een straalkachel geeft warmtestraling af.
K/6/3 Temperatuur en temperatuurschalen
De temperatuur kan in graden Celsius (°C) en in Kelvin (K) worden weergegeven. Het absolute nulpunt is 0 K = –273 °C.
Bij het verwarmen van een stof verandert de temperatuur in de tijd. Dit verband kun je weergeven in een grafiek van temperatuur (°C) tegen tijd (s).
Temperatuur omrekenen van Kelvin naar Celsius
Temperatuur omrekenen van Kelvin naar Celsius
Examen: VMBO-GL/TL 2025, tijdvak 1
Vraag 2: Het biogas ontstaat in deze biogas-centrale bij een temperatuur van 302 K.
→ Noteer deze temperatuur in °C.
Correctievoorschrift:
maximumscore 1
(T =) 29 (°C)
Uitwerking:
Gegevens: T(K) = 302
Gevraagd: T(°C)
Formule:
- Uitwerking:
- Controle: Een temperatuur in Kelvin is altijd hoger dan in graden Celsius; 302 K komt overeen met 29 °C.
K/6/4 Warmte-isolatie
Warmteverlies kost energie. Daarom worden gebouwen en apparaten geïsoleerd. Stilstaande lucht is een goede isolator.
Voorbeelden van isolatie:
- Isoleerkan: dubbele wand met daartussen een vacuüm.
- Spouwmuurisolatie: isolatiemateriaal tussen muren.
- Bouwmaterialen:
- Radiatorfolie: kaatst stralingswarmte terug de kamer in.
- Handgrepen van pannen: voorkomen brandwonden door geleiding.
- Dubbele beglazing: stilstaande lucht of gas tussen glasplaten.
K/6/5 Milieu- en gezondheidseffecten van energiegebruik
Wanneer we energie verbruiken, komen er stoffen en warmte vrij die schadelijk kunnen zijn voor mens en milieu. Deze effecten spelen een rol op kleine schaal, maar hebben ook gevolgen voor de hele aarde.
Luchtverontreiniging
Bij de verbranding van brandstoffen zoals aardgas, olie en steenkool ontstaan gassen en stofdeeltjes. Voorbeelden zijn stikstofoxiden (NOx), zwaveldioxide (SO₂) en roet. Deze stoffen veroorzaken smog. Mensen krijgen dan moeite met hun ademhaling.
Zure regen
Stikstofoxiden en zwaveldioxide lossen op in regenwater en vormen een zuur. Dit heet zure regen. Het beschadigt bossen, gewassen en gebouwen. Ook verzuurt het water in meren en rivieren, waardoor planten en dieren moeilijk kunnen overleven.
Broeikaseffect
Door verbranding komt koolstofdioxide (CO₂) vrij. Dit gas beïnvloedt de dampkring omdat het warmte vasthoudt. Zo versterkt het natuurlijke broeikaseffect. Het gevolg is klimaatverandering, zoals stijging van de zeespiegel en meer extreem weer.
Thermische verontreiniging
Energiecentrales gebruiken vaak water om te koelen. Dit warme water wordt teruggevoerd naar rivieren of kanalen. Het hogere temperatuurverschil verandert het zuurstofgehalte en verstoort het leefgebied van vissen en andere organismen.
Gezondheidseffecten
Luchtverontreiniging en fijnstof kunnen slijmvliezen, ogen en luchtwegen irriteren. Vooral mensen met astma of andere longziekten hebben er last van. Bij langdurige blootstelling kan dit leiden tot ernstige problemen met de gezondheid.
K/6/6 Energie en energieomzettingen
Soorten energie
- Bewegingsenergie: een rijdende auto.
- Zwaarte-energie: water in een hooggelegen stuwmeer.
- Warmte-energie: een brandende kaars.
- Elektrische energie:
- Chemische energie: opgeslagen in bijvoorbeeld benzine of aardgas.
- Stralingsenergie: van (zon)licht.
- Kernenergie: bij kernsplijting.
- Veer- of elastische energie: in een gespannen veer.
Verbrandingswarmte
Elke brandstof heeft een vaste energie-inhoud, de verbrandingswarmte. Deze staat in BINAS.
Wet van behoud van energie
Energie kan niet verdwijnen, maar wordt omgezet in andere vormen. Dit heet de wet van behoud van energie.
In deze simulatie onderzoek je het verband tussen zwaarte-energie en bewegingsenergie op een baan.
Simulatie: Omzetting zwaarte-energie, bewegingsenergie
Vrije val in achtbaan Baron 1898
Opdracht
- Zoek op wat het eindantwoord in km/h is die je hebt berekend in de opgave.
- Klik op de volgende link en zoek op hoe groot de werkelijke maximale snelheid van de Baron is.
- Leg uit waarom de werkelijke snelheid lager is dan die je hebt berekend.
Waterkracht
Video: Energie uit water
De Buitendienst – Energie uit water
Rendement
Het rendement geeft aan welk deel van de energie nuttig wordt gebruikt.
Rendement van het zonnepaneel
Opgenomen energie van de generator
Opgenomen energie van de generator
Examen: VMBO-GL/TL 2025, tijdvak 1 (aangepast)
Bij een generator wordt elektrische energie opgewekt. De afgegeven energie bedraagt 33 kWh. Het rendement van de generator is 18%.
→ Bereken de opgenomen energie van de generator.
Correctievoorschrift
maximumscore 3
- noteren van de waarde van het rendement van een generator
- toepassen van de formule
- rest van de berekening juist
Opmerkingen
- Voor het toekennen van het tweede scorepunt hoeft het woord of symbool voor rendement niet genoteerd te zijn.
- Als de kandidaat de waardes van Eaf en Eop omdraait, maximaal 2 scorepunten toekennen.
- Als de kandidaat de opgenomen energie van de generator heeft berekend met behulp van de in BINAS vermelde verbrandingswarmte van benzine, kunnen de drie scorepunten worden toegekend voor het opzoeken van de verbrandingswarmte, voor het omrekenen van de verbrandingswarmte of het volume, en voor de rest van de berekening.
Uitwerking
- Gegevens:
- Gevraagd:
- Formule:
- Uitwerking:
Omrekenen naar joule (optioneel):
- Controle: Door het rendement (< 100%) moet de opgenomen energie groter zijn dan de afgegeven energie (183 kWh > 33 kWh): dit klopt.
Elektriciteitscentrale
Werking van een elektriciteitscentrale
Simulatie: Werking van een dynamo
Windmolen
Video: Hoe werkt een windmolen?
Willem Wever – Hoe werkt een windmolen?
Vragen
- Welke energie-omzetting vindt er in de windmolen plaats?
- Welk onderdeel in de windmolen zorgt voor die energieomzetting?
K/6/6 Andere berekeningen met energie
Bewegingsenergie
Bewegingsenergie een windmolen van Nederland
Elektrische energie
Waterkoker
Een waterkoker van 2000 W staat 5 minuten aan. Bereken de elektrische energie.
- Gegevens:
- Gevraagd:
- Formule:
- Uitwerking:
- Controle: de uitkomst is een logisch getal